Als een gezellig Dionysisch koor bezingt Big Hare de dolende zielen. Degene die gastvrij is onder voorbehoud. De provinciaalse bemoeial. De puriteinse genotsvluchteling. Ze spelen een vrolijk wijsje voor de geraamten die één voor één opkomen om het laatste vlees van hun rammelende botten te strippen. De mysticus met een zelf geboorde schedelperforatie. De influencer van wie de invloed aftakelt. De perverteerde die obsessies liever niet deelt.